Het aanleggen en onderhouden van een gazon met graszoden vereist zorg en aandacht. Of u nu een nieuw gazon wilt aanleggen of uw huidige grasmat wilt verbeteren, deze gids biedt u een uitgebreid stappenplan voor het aanleggen van graszoden en de belangrijkste onderhoudstips om uw gazon jarenlang mooi te houden.
Graszoden kunt u het hele jaar door aanleggen, mits de ondergrond niet bevroren is. In de praktijk zijn januari en februari daarom vaak minder geschikt, maar in een zachte winter kunt u ook in deze maanden graszoden aanleggen. Wanneer het kort na het aanleggen van de grasmat gaat vriezen, zullen de graszoden niet afsterven. Zodra het weer warmer wordt, zullen de graszoden verder wortelen.
Graszoden moet u zien als levend materiaal. Een opgerolde graszoden blijft ongeveer 24 uur in goede conditie (met kouder weer blijft deze langer in goede conditie) en na twee dagen begint deze af te sterven. Wanneer deze is begonnen met afsterven is deze niet meer bruikbaar om er een gazon van te maken. Daarom vragen graszoden om een goede verzorging, dus willen we u het advies geven om niet de grasrollen in de zon te leggen. Dek de grasrollen af om uitdroging te voorkomen. Ook is het belangrijk om niet in extreme grondcondities de graszoden te leggen, oftewel niet in uitgedroogde of bevroren grond. Mocht het direct leggen van de graszoden niet mogelijk zijn, dan is uitrollen en met water besproeien noodzakelijk. Volg verder ons stappenplan hieronder en behaal in 7 stappen uw droom gazon!
Stap 1: Voorbereiding van de Bodem Voordat u begint met het aanleggen van de graszoden, moet u de bodem goed voorbereiden. Dit begint met het spitten van de grond. Bij vernieuwing van een bestaand gazon moeten de oude graszoden goed worden ondergespit of, bij voorkeur, afgestoken en afgevoerd. Spit de grond ongeveer 25 tot 30 cm diep om. Bij een nieuw gazon is het verstandig om de ondergrond eerst ongeveer 50 cm diep los te maken.
Vervolgens kunt u de bodemstructuur verbeteren met een bodemverbeteraar zoals Composana aanplantingsgrond. Meng de bemesting goed door de bovenste 5 cm van de grond om verbranding van de jonge wortels te voorkomen.
Stap 2: Egaliseren Een vlakke en stevige ondergrond is cruciaal voor een mooi en egaal gazon. Zorg ervoor dat de grond niet te nat is, omdat werken in natte grond schadelijk kan zijn. Druk de ondergrond stevig aan, bij voorkeur door het aanlopen met kleine stappen of met een wals. Na het aanstampen kan de grond worden geëgaliseerd met een hark. Gebruik een plank om de grond af te rijden, wat zorgt voor een gladde en vlakke ondergrond.
Stap 3: Bemesten en Kalk Strooien Voordat u de graszoden uitrolt, is het belangrijk om de ondergrond te bemesten met een speciaal samengestelde graszodenmest. Dit stimuleert de wortelgroei en zorgt ervoor dat de graszoden snel vastgroeien. Daarnaast is het verstandig om korrelkalk te strooien, wat bijdraagt aan een goede pH-waarde van de bodem en mosvorming voorkomt. Meng zowel de mest als de kalk lichtjes door de bovenste laag van de grond.
Stap 4: Graszoden Uitrollen Rol de graszoden zo snel mogelijk na ontvangst uit, zodat ze strak tegen elkaar aanliggen zonder naden. Vul de randen aan met grond om uitdroging te voorkomen. Geef de graszoden direct na het uitrollen water, vooral als ze in de zon liggen, om verbranding te voorkomen.
Stap 5: Aandrukken en Watergeven Na het uitrollen moeten de graszoden stevig worden aangedrukt met een gazonroller of door licht aan te kloppen. Dit zorgt voor goed contact met de ondergrond, wat essentieel is voor het aanslaan van de zoden. Geef de graszoden regelmatig water, vooral in de eerste week, om uitdroging te voorkomen. Bij droog en warm weer is het aan te raden om de zoden drie keer per dag te besproeien.
Stap 6: Eerste Maaibeurt Drie tot vijf weken na het aanleggen zijn de graszoden voldoende vastgegroeid en kunt u beginnen met maaien. Zorg ervoor dat de maaimachine scherp is en op de juiste maaihoogte is afgesteld. Voor speelgazons wordt een maaihoogte van 2,5 à 3 cm aanbevolen. Maai altijd met een opvangbak om het afgemaaide gras op te vangen.
Stap 7: Genieten van uw Nieuwe Gazon In de eerste maand na het aanleggen moet u het gazon nog voorzichtig behandelen. Loop zo min mogelijk op de graszoden, zodat ze goed kunnen vastgroeien. Hierna kunt u genieten van een prachtig, groen gazon.
Een van de belangrijkste onderhoudstaken is het regelmatig bemesten van uw gazon. Meststoffen, vooral die met stikstof, zijn essentieel voor een gezonde grasgroei. Stikstofrijke meststoffen zoals NPK-bemesting (12+10+18) moeten ongeveer elke 5 à 6 weken worden toegediend. Als uw gazon lichtgroen of geel wordt en minder vaak moet worden gemaaid, is het tijd voor een nieuwe bemestingsronde.
Een goed onderhouden gazon moet regelmatig worden gemaaid. Maai het gras als het ongeveer dubbel zo hoog is als de gewenste hoogte. In het groeiseizoen betekent dit vaak twee keer per week maaien. Door vaker te maaien, blijft uw gazon gezond en dicht, wat de groei van onkruid en mos vermindert. Verticuteren is ook belangrijk. Dit proces verwijdert dood gras en mos, waardoor licht, lucht en water beter de grond kunnen bereiken.
Tijdens droge periodes is het belangrijk om het gazon goed te besproeien. Net aangelegde graszoden hebben vaker water nodig, vooral overdag als de zon fel schijnt. Zorg ervoor dat de zoden goed nat blijven, vooral in de eerste weken na het aanleggen. Na vier tot zes weken kunt u het sproeien beperken tot één keer per week, bij voorkeur ’s avonds.
Om onkruid in uw gazon te voorkomen, is het belangrijk om ongewenste planten zo snel mogelijk te verwijderen. Als u het gazon goed bemest, zullen open plekken snel dichtgroeien. Bij een zware onkruidbesmetting kunt u een onkruidbestrijdingsmiddel gebruiken, maar probeer dit zoveel mogelijk te vermijden.
Mos kan een probleem zijn, vooral in schaduwrijke delen van uw gazon. Regelmatige bemesting helpt om het mos te verdringen door het gras sterk en dicht te houden. Insecten zoals emelten (larven van de langpootmug) kunnen schade aanrichten, maar dit komt zelden voor. Houd het bodemleven gezond door de bodem niet te zwaar te belasten en organisch materiaal goed te laten verteren.
In een gazon kunnen diverse ziekten optreden. Vaak zijn deze van tijdelijke aard en geven geen of nauwelijks schade. De grasmat herstelt zich meestal vanzelf. Kijk bij ziekten en plagen.