Zoeken
Voetrot (Gerlachia nivalis; Fusarium spp.)
Voetrot, veroorzaakt door schimmels zoals Gerlachia nivalis en Fusarium spp., is een veelvoorkomende en schadelijke grasziekte in Nederland. Deze schimmelziekte kan bij ernstige aantasting aanzienlijke schade toebrengen aan uw gazon. Het is belangrijk om voetrot tijdig te herkennen en te behandelen om de gezondheid van uw graszoden te behouden.
Herkenning van voetrot
Voetrot begint vaak met kleine, natte plekken op het gras, die geelbruin tot donkerbruin van kleur zijn. Deze plekken kunnen zich snel uitbreiden, waardoor grotere delen van het gazon worden aangetast. Aan de randen van de aangetaste gebieden kan een zone met wit schimmelpluis zichtbaar zijn, wat een duidelijk teken is van de aanwezigheid van voetrot. De schade wordt vaak pas duidelijk na de sneeuwsmelt, maar kan zich ook in andere seizoenen voordoen, vooral tijdens periodes van hoge luchtvochtigheid.
Oorzaak van voetrot
Voetrot kan door verschillende factoren worden veroorzaakt, waaronder:
- Hoge pH-waarde van de bodem
- Temperatuurswisselingen
- Overmatig vrijkomen van stikstof in het najaar
- Gebrek aan luchtcirculatie
- Tekort aan kalium
- Verdichte, slecht opdrogende gronden
- Bedekking van het gras met maaisel of bladeren
- Hoge luchtvochtigheid en continu vocht in de grasmat (bijvoorbeeld door mist of dauw)
De schimmel kan zich zelfs onder een sneeuwlaag uitbreiden, waarbij de schade pas zichtbaar wordt zodra de sneeuw is verdwenen. Hoewel voetrot meestal optreedt van de herfst tot het voorjaar, kan het ook in andere delen van het jaar problemen veroorzaken, zoals tijdens een natte, warme zomer.
Bestrijding van voetrot
Om voetrot effectief te bestrijden en de verspreiding ervan te voorkomen, zijn de volgende maatregelen aan te bevelen:
- Voorkom verspreiding via de maaimachine.
- Bemest na eind september minimaal met stikstof, bij voorkeur geen snelwerkende N-meststof.
- Gebruik een kali-meststof voor winterbemesting in het najaar.
- Zorg voor een goed afgestelde maaimachine met scherpe messen.
- Werk dauw weg van het gras om vochtophoping te verminderen.
- Vang maaisel en bladeren op om te voorkomen dat de grasmat bedekt raakt.